Voorstellen m.b.t. inrichting en beheer
van het open gedeelte in de Reukens
Op vraag van ANB heeft
Natuurpunt Aartselaar gedurende de zomer van 2008 een aantal ideeën
bijeengebracht die een insteek kunnen vormen voor de inrichting en
ontwikkeling van het gedeelte van de Reukens dat niet als bos zal ingevuld
worden (zie kaart). Het transparant groene gedeelte (omzoomd met groene
band) geeft het gebied aan waarover Natuurpunt Aartselaar zich heeft
gebogen.
In de volgende paragrafen
zullen een aantal aspecten
nader toegelicht worden
De meeste aspecten
die hier aangehaald worden zijn ook terug te vinden in het rapport
“Inrichting van de Wullebeek” (uitgevoerd door PIH in opdracht van
gemeente Aartselaar). Via deze
link kan het rapport gedownload worden.
1. Waterkwantiteit
Zo lang mogelijk water houden in de Wullebeek aan de hand van
afvoervertragende maatregelen :
Bovenloop van Wullebeek hermeanderen (leidt tot tragere
waterafvoer)
In de bovenloop van de Wullebeek inzinkingen (kuilen) graven,
waardoor in de droogste periode er toch nog een refugium is voor
fauna van aquatisch milieu.
Gezien er in het RUP een retentiezone wordt voorzien ter hoogte
van de plek waar de Wullebeek de Reukens verlaat, kan er best een
stuw geplaatst worden voor (en na) de retentiezone.
Ook de drainagegrachten die naar de Wullebeek lopen, kunnen
opgevuld (verwijderd) worden. Door deze grachten te verwijderen
zal de afvoer van water vertragen en zal het grondwaterpeil
stijgen. Dit laatste zal voor gevolg hebben dat de Wullebeek voor
een langere periode watervoerend zal zijn.
Inrichting retentiezone :
Er kan overwogen worden om de oevers van de Wullebeek in de
retentiezone af te schuinen, waardoor tijdens piekdebieten de
wateropvang maximaal kan gerealiseerd worden.
2. Waterkwaliteit
De potentiële risico's van verontreiniging
van het grondwater en oppervlaktewater liggen in de omzomende lintbewoning
(stookolietanks!), rioolinfrastructuur en de industriezones rond het
gebied.
Om
de waterkwaliteit te verbeteren is het belangrijk om mogelijke
lozingspunten te verwijderen.
De noodzaak van een bufferstrook aan
beide kanten van de Wullebeek is noodzakelijk. Uitspoeling van
nutriënten en het gebruik van pesticiden hebben een duidelijke,
negatieve invloed op de beek en haar oevers (zie foto). Ter hoogte van
de akker is de volledige vegetatie tot in de beek dood gespoten. Het
uitspoelen van nutriënten vanuit het grasland en de akker zorgt voor
een dominante groei van grassen en brandnetels. De Wullebeek is
daardoor op verschillende plaatsen volledig dichtgegroeid.
3. Maaibeheer
Verschillende maaifrequenties kunnen leiden
tot een hogere biodiversiteit in De Reukens:
Een zone van ongeveer 10-20 meter tussen
de bosaanplant en de hooilanden (kaart 1, groene band) moet minder
frequent gemaaid worden als de hooilanden.
De bufferstrook langs de beide oevers
van de Wullebeek kan gemaaid worden, zodat er een wandelpad ontstaat
dat voor educatieve doeleinden (geleid wandelingen door Natuurpunt)
kan aangewend worden. Langsheen dit pad zou o.a. de poel als
ecosysteem, het gebruik en impact van stuwen, de werking van de
retentiezone, kunnen toegelicht worden.
Op de grens tussen het maaipad en de
aangrenzende hooilanden zou er kunnen geopteerd worden om aan de hand
van kleine landschapselementen de Wullebeek in het landschap te
benadrukken. Hierdoor wordt er voor heel wat dieren en planten een
extra habitat en migratieroute gecreëerd.
Om de Wullebeek als een volwaardige
(maar kleine) waterloop te behouden is het zeker belangrijk om de
huidige vegetatie (grassen, brandnetels,….) uit de waterloop te
verwijderen. Op langere termijn zal er moeten op toegezien worden dat
er steeds een vrije doorgang is voor het water.
4. Kleine landschapselementen
Het is belangrijk om in dit gebied
kleine landschapselementen aan te brengen om zo de ecologische
structuur van de Reukens te versterken. Aan de hand van een
historische kaart van 1865 werd aangegeven waar er mogelijk KLE kunnen
aangebracht worden. Op plaatsen waar nu drainagegrachten liggen
kunnen, na opvulling van de grachten, dus ook KLE aangebracht worden.
Ook poelen zijn waardevolle KLE die in
dit gebied niet mogen ontbreken. Alvorens echter een poel aan te
leggen, is het belangrijk te weten of gedurende het jaar de poel
voldoende water zal behouden. Om dit uit te zoeken wordt er
voorgesteld om een aantal peilbuizen in de Reukens te plaatsen.
Natuurpunt is eventueel bereid deze peilbuizen zelf te plaatsen en op
te volgen (uiteraard mits toestemming van ANB).
Op de kaart is een mogelijke locatie
(blauwe cirkel) van een poel aangegeven. De poel zou ook gelegen zijn
op een terrein dat reeds eigendom is van ANB
KAART 2 : Historische kaart van 1865 met situering van het in te richten
open gebied in de Reukens.
5. Paden
Voortgaande op het ontwerpRUP wordt er vastgesteld dat de centrale paden (rode
stippellijn op de kaart van verlichting kunnen voorzien
worden. Natuurpunt stelt voor om hier de hoogte van de verlichting te
beperken tot maximaal 1 m boven het maaiveld. Het
gebruik van LED-verlichting en zonnecellen zou hier ideaal zijn.
De
bestaande centrale paden en kleinere wandelwegen doorheen de Reukens
kunnen voorzien worden van educatieve infoborden. Natuurpunt is zeker
bereid om hieraan mee te werken.